
Al sinds jaar en dag heeft mijn moedert een serie boeken in de kast staan die mij als klein meisje al intrigeerde. De ‘Baedeker voor de huisvrouw’. Met spannende titels als: ‘Uzelf, mevrouw’, ‘Hoe moet ik met mijn kind’ en ‘Huishouden op rolletjes’.
‘Hoe moet ik met mijn kind’ was zeer handig toen ik klein was. Als ik van plan was iets uit te spoken, zocht ik eerst even op welke straf daarop stond volgens het boek. Dan kon ik alsnog overwegen of dat het wel de moeite waard was.
Mijn moedert had vooral ‘Huishouden op rolletjes’ goed gelezen. Bij ons thuis was het meer dan schoon. Elke week werd het stoepje geboend, om de week de ramen streeploos gezeemd en iedere dag werd er zeer grondig gestofzuigd.
Ik heb dat gen zeker niet meegekregen. Daarom heb ik mij gespecialiseerd in ‘Het met de Franse slag’. Dit is wel een studie van jaren kan ik u melden. Inmiddels weet ik dat: kasten niet op kleur en lexicografisch ingericht moeten zijn, zolang de kastdeur maar dicht kan, ramen maar voor helft gezeemd hoeven te worden, want de gordijnen hangen er toch voor en dat stofzuigen onder de bank ook echt verspilde energie is.
Ik ben te mooi voor huishoudelijke taken. Bovendien ben ik eigenlijk een prinses, maar mijn vader, de Koning, vond het een goed idee om mij bij gewone mensen te laten opgroeien! Het duurt alleen inmiddels wel fokking lang voordat mijn vader, de Koning, mij komt halen.
Nou speelt mijn geweten, vormgegeven door de stem van mijn moedert, mij wel parten bij de Franse slag. Ik hoor haar zuchten als ik de kruimels onder de bank schop en als de inhoud uit een kast dondert als ik deze open. Ik zucht op mijn beurt tegen haar, als ze nog steeds vindt dat ze dagelijks moet stofzuigen, want anders zullen ‘de mensen’ er wat van zeggen.
Ooit zal ik de ‘Baedeker voor huisvrouw’ in mijn eigen kast zetten, maar lezen nooit! Stel je voor dat het besmettelijk is.